KWINK Groep

Nassaulaan 1
2514 JS Den Haag

+31 (0)70 35 96 955
info@kwinkgroep.nl
Contact
Inzicht

Spanningsvelden bij evaluaties: verantwoorden of leren? (1/3)

KWINK groep evalueerde de afgelopen 15 jaar ontzettend veel beleid, organisaties, wetten en programma’s. Hierbij komen we vaak dezelfde spanningsvelden tegen. In deze serie lichten we drie van deze spanningsvelden uit. Vandaag: de spanning tussen verantwoorden en leren. Over deze spanningsvelden organiseert KWINK groep op 9 maart een webinar.

15 februari 2022

KWINK groep evalueerde de afgelopen 15 jaar ontzettend veel beleid, organisaties, wetten en programma’s. Hierbij komen we vaak dezelfde spanningsvelden tegen. In deze serie lichten we drie van deze spanningsvelden uit. Het laatste spanningsveld: betrokkenheid van beleidsmedewerkers en de onafhankelijkheid van de evaluatie. Over deze spanningsvelden organiseerde KWINK groep een webinar. Ook ontwikkelde KWINK groep een whitepaper. Deze is onderaan dit artikel te downloaden.

Dubbele functie van spanningsvelden

Evaluaties hebben vaak een dubbele functie. Ten eerste is het doel vaak om de balans op te maken en te verantwoorden over vragen als: Is het beleid goed uitgevoerd? Zijn de doelen van de organisatie behaald? Ten tweede is leren ook bijna altijd een functie van het evaluatieonderzoek: de evaluatie is bruikbaar als deze lessen voor de toekomst oplevert. Daarbij staan vragen centraal als: Wat ging goed en fout? Wat kan er beter? Onze visie is dat juist de mogelijkheid tot leren evaluaties zo belangrijk maakt.

Deze dubbele functie in één evaluatie leidt tot spanningen. Want: gezamenlijk leren vergt een open houding van de betrokkenen. Zij moeten eerlijk (durven te) zijn over wat de afgelopen periode goed is gegaan, maar ook over wat minder goed ging en waar blinde vlekken zitten. Echter, de verantwoordingsfunctie van de evaluatie kan resulteren in het tot de orde roepen van de betrokkenen. Bijvoorbeeld door de Tweede Kamer of gemeenteraden die de evaluatie ontvangen.

Voor een optimaal leereffect dienen betrokkenen dus eerlijk te zijn over wat is misgegaan, maar dit maakt de betrokkenen tegelijkertijd kwetsbaar. We merken in onze evaluaties dan ook dat betrokkenen niet altijd het achterste van hun tong durven te laten zien of dat ze scherp bekijken welke formuleringen we precies kiezen in ons rapport. De NSOB beschreef eerder ook de consequenties van de dubbele functie van evaluaties, namelijk de kans dat ‘betrokkenen hun strategieën afstemmen bij deelname aan beleidsevaluaties op een zo gunstig mogelijk verantwoordingsresultaat, en pas in tweede instantie op het bereiken van een maximaal leereffect.’[1]

Groeiende aandacht voor lerend evalueren

In de evaluaties die wij uitvoeren zien we dat de lerende functie van evalueren steeds meer aandacht krijgt. Eén van de manieren waarop wij leren centraal stellen in evaluaties is door de nadruk te leggen op reflexiviteit. ‘Reflexiviteit is de eigenschap die elk sociaal systeem heeft om zichzelf te veranderen door nieuwe strategiebepaling op grond van de kennis die het systeem zojuist ontvangen heeft’, aldus In ’t Veld [2]. Om nieuwe strategieën te kunnen bepalen op basis van nieuw verkregen informatie, is het essentieel dat binnen een evaluatie sprake is van een ‘modus’ van gezamenlijk leren en creëren.

Ook zien we het belang van leren toenemen door een groeiende aandacht voor publieke waarden. Organisaties en beleid zijn steeds vaker expliciet gericht op het creëren van publieke waarde. Als wij vervolgens een evaluatie van zo’n organisatie of beleid uitvoeren is het passend om veel nadruk op leren te leggen. Want publieke waarden liggen niet vast: wensen en behoeften vanuit de maatschappij zijn diffuus en veranderlijk. Publieke waarden laten zich daarom niet makkelijk vangen in harde en afrekenbare cijfers, indicatoren en doelen.

Publieke waarden nastreven vergt daarom een voortdurend gesprek over waardenafwegingen. Onderdeel daarvan is het telkens bijstellen van deze afwegingen op basis van nieuwe inzichten en behoeften. Het Zijlstra Center van de Vrije Universiteit schrijft over evaluaties gericht op publieke waarde dan ook: ‘Het doel is niet om af te rekenen, maar om te leren door middel van het stellen van de juiste vragen: Wat werkt wel en wat niet, en waarom? Hoe pakken we dit aan? Hoe kunnen we bijsturen? Stellen we goede vragen?’ [3].’

Roep om heldere antwoorden

We zijn er voorstanders van dat leren een (nog) prominentere rol krijgt binnen evaluaties. Tegelijkertijd is dit makkelijker gezegd dan gedaan. We merken dat bij opdrachtgevers de roep om heldere antwoorden op de vraag waarom programma’s en organisaties wel of niet succesvol zijn even groot blijft.

Verder lezen:

[1] Van der Steen, M., Faber, A., Frankowski, A. en Norbruis, F. (2018). Opgavegericht evalueren voor systeemverandering, Nederlandse School voor Openbaar Bestuur. (o.a. paragraaf 2.2)

 [2] In ’t Veld, R.J. (2021). Kennisdemocratie. In het oog van de orkaan. (hoofdstuk 3)

 [3] Van Dijk, G., Klarenbeek, S. en Donck, O. (2021). Publieke Waarde uitgemeten: Interne sturing is externe verantwoording, Het Zijlstra Center for Public Control, Governance and Leadership, Vrije Universiteit. (hoofdstuk 4)

Whitepaper

Download hier de whitepaper over spanningsvelden bij evaluatieonderzoek

Gerelateerde onderwerpen

Inzichten