Sinds 2012 maakt de gemeente Amsterdam gebruik van haar gemeentelijke bevoegdheden om te sturen op de kwaliteit van de taximarkt. Dit is geregeld in de taxiverordening. Amsterdamse taxichauffeurs op de opstapmarkt zijn verplicht zich te verenigen in een organisatorisch verband (groepsvorming in Toegelaten Taxi Organisaties – TTO) met als doel om via een reputatiemechanisme en sanctionering van en via TTO’s zelfregulering door de branche te bewerkstelligen. De verwachting van de gemeente Amsterdam bij invoering van de Taxiverordening was dat het TTO-model zou zorgen voor een “gezonde taxibranche waarbij klanten kunnen rekenen op een veilige en betrouwbare rit.”
Wat heeft de taxiverordening anno 2017 opgeleverd?
Uit onze evaluatie blijkt dat er op het gebied van duurzaamheid weliswaar stappen zijn gezet in de Amsterdamse taximarkt, maar dat de beoogde resultaten op het gebied van veilig en betrouwbaar taxivervoer tot op heden beperkt zijn gebleven. Wij beschrijven daarvoor in onze evaluatie verschillende verklaringen. De beperkte effectiviteit van toezicht en handhaving, en het ontbreken van prikkels tot zelfregulering en reputatieopbouw in de branche vormen de voornaamste verklaringen. We constateren daarnaast dat er een nieuw probleem is ontstaan: als gevolg van het toegenomen aantal taxi’s in Amsterdam wordt met name in het centrum in toenemende mate (verkeers)overlast ervaren.
De straattaximarkt is in transitie: het relatieve aandeel van de bestelmarkt ten opzichte van de opstapmarkt is door de komst van het gebruik van applicaties toegenomen. De inzet vanuit de gemeente richt zich echter met name op de opstapmarkt. Er heerst frustratie onder chauffeurs over de in hun ogen relatief grote handhavingsaandacht op relatief kleine overtredingen door TTO-chauffeurs, terwijl problemen zoals illegale opstappraktijken volgens de chauffeurs onvoldoende (kunnen) worden aangepakt.
Integraal beleid gehele Amsterdamse taximarkt is nodig
Met name in het vergroten van de effectiviteit van het toezicht liggen nog verbeterkansen die de TTO-systematiek beter zullen laten functioneren. Deze aanpassingen van de TTO-systematiek zijn echter geen oplossingen voor de nieuwe problemen: de ervaren overlast, leefbaarheidsproblemen en verkeershinder – voortkomend uit het toenemende aantal taxi’s. Om die problemen het hoofd te bieden is volgens KWINK groep een integrale benadering van de problematiek op de Amsterdamse straattaximarkt (en dus bevoegdheden voor de gemeente op de bestelmarkt) op termijn noodzakelijk. Bijvoorbeeld door voor de straattaximarkt één Amsterdamse Taxivergunning in te voeren. In onze evaluatie doen we hiervoor aanbevelingen. In zijn brief van 14 maart reageert de wethouder op de uitkomsten van de evaluatie.